Edgar Bundy kunstwerk • schilderij • te koop Tijd voor geldzaken

Verhalende schilderkunst, de opkomst van de roddelpers In een tijd dat de narratieve schilderkunst floreerde en de roddelpers zijn opkomst beleefde voor een publiek dat hongerde naar melodrama en politieke schandalen, lagen de verhalen voor kunstenaars voor het opscheppen. Tijdens de expositie in de Londense Royal Academy in 1913 werden drie schilderijen tentoongesteld die over een actueel maatschappelijk of politiek thema gingen. Deze thema’s bleken een belangrijk uitgangspunt voor roddels binnen diverse sociale groepen, van vrienden die samen de Academie bezochten tot mensen die elkaar in uiteenlopende sociale situaties ontmoetten. Van de drie schilderijen ging een ervan over een nieuwe echtscheidingswet, een tweede werd geïnspireerd door een krantenbericht dat veel discussie veroorzaakte over de dood van een gescheiden gravin tijdens de jacht. Het derde schilderij was Edward Bundy’s ‘Finance’, waarvoor hij zich had laten inspireren door de Marconi-affaire. In 1912 onderhandelde de Britse Admiraliteit met de Marconi Company over een contract voor de installatie van een draadloos communicatiesysteem. Heel Engeland raakte in de ban van het politiek en financieel schandaal dat zich daarop ontspon. De directie van de Marconi Company, werd beschuldigd van vriendjespolitiek en drie ministers werden aangeklaagd voor illegale aandelenspeculatie. In het voorjaar van 1913 legden getuigen verklaringen af in de House of Commons en werd er een rapport uitgebracht en besproken. Een paar maanden later werden de drie ministers vrijgepleit en een nieuw contract ondertekend. Bundy's schilderij bood de kijkers een prachtige gelegenheid om hun mening over het schandaal te geven. Na een tweede tentoonstelling in The Royal Academy in 1916 wordt het schilderij aangekocht door de schatrijke William Lever, medeoprichter van de Lever Brothers, die later opging in Unilever, Groot-Brittannië. In 1970 komt het werk in handen van collectioneurs John en Johanna Bass, New York, waarna het in 1979 in de collectie van het Bass Museum of Art, Miami Beach wordt opgenomen.