In 1933 opende Piet Stenneberg in Alkmaar een kunsthandel waar hij bekende schilders uit de Bergense school, zoals Colnot, Filarski, Gestel en Charley Toorop, presenteerde. Deze onderneming bleek echter geen succes en Stenneberg besloot zelf kunstschilder te worden. Hij was een zeer veelzijdig kunstenaar die werkte in de meest uiteenlopende stijlen en diverse materialen gebruikte. De handeling van het schilderen was voor hem het belangrijkste. Zijn onrustige karakter komt tot uiting in woest, kronkelende lijnen en draaiende massa's. Vanaf 1950 krijgt Stenneberg enige bekendheid wanneer hij deelneemt aan exposities in het Stedelijk Museum in Amsterdam.