Piet Meiners, zoon van de Oosterbeekse-Schoolschilder Claas Hendrik Meiners, leidde een teruggetrokken leven en kreeg pas na zijn vroege dood publieke erkenning. Tijdens zijn opleiding aan de Amsterdamse Rijksacademie leerde hij Willem Witsen en W.B. Tholen kennen, met wie hij levenslang bevriend zou blijven. Na voltooiing van zijn opleiding schilderde hij vooral landschappen in de omgeving van Arnhem. Ook maakte Meiners intieme, sobere stillevens en een enkel portret, stadsgezicht en genrestuk. Vanaf 1896 woonde hij permanent op ‘Ewijkshoeve’, het buiten van de familie Witsen, waar hij de tuin en dieren verzorgde. Invloed van de Tachtigers, die op de Ewijkshoeve regelmatig samenkwamen, is in zijn werk echter nauwelijks te zien.