Nico Eekman, architect, schilder en tekenaar, werd geboren in Brussel als zoon van Nederlandse ouders. In 1914 week hij uit naar Nederland, had daar een jaar later zijn eerste tentoonstelling in galerie d'Autretsch in Den Haag, en werd ontdekt door H.P. Bremmer die Hélène Kröller-Müller adviseerde werk van hem te kopen. In 1920 vestigde de schilder zich voorgoed in Parijs. Daar raakte hij onder anderen bevriend met Piet Mondriaan, met wie hij in 1928 exposeerde bij Jeanne Bucher. In het vroege werk van Eekman spelen herinneringen aan het boerenleven en het vrije Brabantse land uit zijn jeugd een grote rol. Zijn oeuvre is te beschouwen als de tegenpool van het impressionisme; niet het vastleggen van een vluchtige impressie streefde hij na, maar het herscheppen van herinneringen. Boeren, arbeiders, vissers en zwervers bevolken zijn werk in de jaren '20. Daarna worden zijn voorstellingen steeds fantasierijker.