Mathias Hul, zoon van de kunstenaar Mathieu Hul, schilderde, tekende en maakte houtsneden. Figuurstukken, portretten, landschappen en ook religieuze onderwerpen komen voor in zijn oeuvre. Tijdens zijn opleiding aan de kunstnijverheidsschool in Maastricht kreeg hij les van H. Jonas en van zijn vader. Later studeerde hij aan de Rijksacademie in Amsterdam waar hij in de leer ging bij J.H. Jurres en H.J. Wolter. In 1929 maakte zijn werk, samen met dat van 6 andere Limburgse expressionisten, deel uit van de groepsexpositie ‘7 Limburgse Jongeren’ in het Stedelijk Museum in Maastricht. Hul maakte meerdere studiereizen naar Frankrijk, Spanje, Italië en Marokko en in 1934 ontving hij de ‘Prix de Rome’.