De Duitse schilder en beeldhouwer Horst Antes werd wereldberoemd met zijn Kopffüssler (koppoters), figuren die grotendeels bestaan uit een onevenredig groot hoofd, armen en benen. In 1960 schildert Antes deze groteske gestalten voor het eerst. In de jaren die volgen zou hij in allerlei technieken en vormvarianten op dit thema voortborduren: in schilderijen, aquarellen, grafiek en, vanaf 1963, in monumentale sculpturen. Dat maakte Antes tot een van de eerste naooroges kunstenaars die op zoek ging naar nieuwe mogelijkheden van de figuratieve schilderkunst. Al in 1959 won de kunstenaar prestigieuze prijzen en beurzen. Op 19-jarige leeftijd werd hij leraar aan de academie van Karlsruhe. Zijn werk maakt in Duitsland deel uit van de collecties van de Kunsthalle in Hamburg, het Museum Ludwig en de Nationalgalerie in Berlijn.