Franciscus Cornelis Knoll werd geboren in Rotterdam en verhuisde rond zijn achttiende naar Utrecht, waar hij de rest van zijn leven bleef wonen. Vanaf 1807 was hij lid van het kunstenaarsgenootschap 'Kunstliefde' aldaar. Knoll was schilder van stalinterieurs en van jacht- of groente- en fruitstillevens. Ook schilderde hij landschappen met vee. Een aantal keer exposeerde hij zijn werk op de jaarlijkse Tentoonstelling van Levende Meesters, onder meer in Amsterdam in 1820, 1824 en 1826. Het Rijksmuseum in Amsterdam bezit een stalinterieur van zijn hand.