A.J. van Driesten behoorde tot de groep Leidse impressionisten waartoe ook Willem van der Nat en Cornelis Vreedenburg behoorden. Zij namen een voorbeeld aan de schilders van de Haagse School, die het weergeven van stemmingen in de natuur in een spel van kleuren en tonen verkozen boven de exacte weergave van de werkelijkheid. Van Driesten schilderde en aquarelleerde voornamelijk landschappen. Inspiratie daarvoor vond hij in de waterrijke omgeving van Leiden, bij de Noordense en Nieuwkoopse plassen - waar vóór hem ook Weissenbruch schilderde -, later in Renkum, Eefde en Gulpen.