De Meijier woonde en werkte in Den Haag en volgde eerst een bestuurlijke opleiding voordat hij in het begin van de jaren dertig op Schelfhouts atelier kwam werken. Hij raakte bevriend met zijn leermeester, en in 1836 maakten zij samen een reis naar Duitsland. De Meijier was zeer getalenteerd en schilderde winter- en zomerlandschappen, waaronder panorama’s en maanlichttaferelen. De enscenering van zijn schilderijen doet sterk denken aan die van Schelfhout. In de periode 1830-1866 exposeerde hij zijn werk regelmatig op de jaarlijkse Tentoonstelling van Levende Meesters.